Intern reglement VLG.
- Na seizoen 2022-23 valt de Zaterdagreeks weg, de “Midweek” blijft over. Voor de Midweek kan elke ploeg zijn thuisspeeldag opgeven (van maandag tot donderdag). Vanaf 15 ploegen wordt er in twee reeksen gespeeld, om nadien in “play-offs” te spelen. 1 en 2 van elke reeks tegen elkaar, 3 en 4 van elke reeks tegen elkaar enz…
- Inschrijven van een ploeg voor een seizoen kost 10€ + 10€/speler. Plus voor nieuwe ploegen een eenmalige waarborg van 50€/club.
- Het tweede seizoen wordt 30€ aangerekend voor verplichte deelname aan de VLG-kampioenschappen met minimum 3 spelers. Zolang deze regel gerespecteerd wordt zal deze 30€ niet meer aangerekend worden, anders wel bij de volgende inschrijving enz…
- Een bijkomende speler kan vanaf 01/09 tot 01/12 ingeschreven worden aan 15€. Hij zal kunnen spelen zodra het lidgeld op de rekening staat. Voor uitzonderlijke gevallen zal het bestuur ook daarna nog nieuwe spelers toelaten, dit louter wanneer men van oordeel is dat het gaat om een geval van overmacht en wanneer algemeen forfait dreigt voor de betreffende ploeg.
- Het bestuur kan na overleg altijd beslissingen nemen die hier niet beschreven zijn. Het intern reglement kan op elk moment vervolledigd worden.
Clubs met meerdere ploegen, vanaf 2023-24:
- Voor iedere ploeg moet men 4 spelers opgeven die vast aan die ploeg verbonden zijn.
- Alle andere opgegeven spelers zijn reserve.
- Reservespelers kunnen invallen voor om het even welke ploeg.
- Zodra een reservespeler eens heeft meegedaan blijft hij/zij verbonden aan die ploeg.
Aanvang wedstrijden en speelwijze:
- Alle wedstrijden zullen aanvangen om 19h30. In onderling overleg kan er een ander begin uur overeengekomen worden. Dit moet ten laatste 24 uur op voorhand gemeld worden in de FB-groep “verantwoordelijken”. Indien deze regel niet werd gevolgd, blijven wij ervan uitgaan dat de wedstrijd gespeeld wordt op het voorziene tijdstip.
- Er wordt 3 tegen 3 gespeeld, het JVD-systeem. Iedereen zal tegen iedereen één frame spelen. + drie duo’s.
in totaal 12 frames. Zie schema bij “wedstrijdblad”.
- Het speelreglement is exact het zelfde als bij B.G.B.
- De thuisploeg vangt aan met wit, daarna wordt er gealterneerd tot het einde.
- De insteek is voor de thuisploeg. De meeste uitbaters nemen dit voor hun rekening (onderlinge afspraak).
Het wedstrijdblad:
De wedstrijdbladen moeten online en live ingevuld worden.
- Het blad wordt na elke partij ingevuld.
- Na de wedstrijd bewaard de thuisploeg het blad.
- Logt de bezoekende kapitein in en aanvaard het wedstrijdblad.
- Daarna kan de thuisploeg het blad afsluiten.
De Puntentelling:
- Elke frame is een punt. In het klassement zal men die frames rechtstreeks in rekening brengen. Dus geen punten per gewonnen wedstrijd of gelijkspel, elke frame is belangrijk!
- Kampioen zal zijn, de ploeg die het meeste frames gewonnen heeft op het einde van het seizoen.
- Bij gelijke stand tellen de meest gewonnen wedstrijden en daarna het onderlinge resultaat.
- Indien er dan nog geen duidelijkheid is volgt er een testwedstrijd op neutraal terrein.
Bijkomende punten:
- De thuispartij zal de eerste wedstrijd scheidsrechteren, daarna de uitploeg enz…
- Bij aanvang moeten minstens 2 spelers van de ploeg aanwezig zijn. Wanneer de derde speler niet aanwezig is op het moment dat de laatste bal gescoord wordt van de vorige partij, verliest deze met forfait. Enz…
- Bij te laat aanwezig geeft men indien mogelijk tijdig een seintje aan de tegenpartij.
- Zonder melding wordt er 30 minuten gewacht. De thuisploeg vult dan een wedstrijdblad in en verwittigt Jos per Messenger. (Tracht als thuisploeg zelf eens contact op te nemen met de tegenstrever!)
- Als de tegenpartij na het aanvangsuur aankomt zal de wedstrijd direct aanvangen zonder training.
- Wij vragen iedereen zo flexibel mogelijk te zijn. Niemand doet graag een verplaatsing om dan niet te kunnen spelen. Daarom, communiceer tijdig met elkaar. Indien beide ploegen akkoord zijn kan de partij nog langer uitgesteld worden of eventueel naar andere datum. Dit afhankelijk van de oorzaak.
Belangrijk
- Zorg dat er niet overbodig lang getreuzeld wordt eer men zijn stoot doet. Zoals we allemaal weten, het is soms eens nodig degelijk te overwegen welke stoot men zou uitvoeren, maar het kan niet de bedoeling zijn bij elke stoot 1 minuut na te denken.
- Wanneer nodig zijn het de kapiteins die hierover moeten overleggen.
- De betrokken speler zal door zijn kapitein verzocht worden sneller te spelen. Als de betrokken speler ook de kapitein is zal een andere speler uit zijn ploeg deze taak opnemen.
- Mocht betrokken speler nog geen gehoor geven aan het verzoek sneller te spelen, zal hij beboet worden met beurtverlies, en daarna met mancheverlies.
Een ploeg zal beboet worden:
- Bij niet opdagen of meer dan 30 minuten te laat zonder verwittigen zal de uitslag 12-0 FF zijn en een boete van 50€ (30€ voor cafébaas + 20€ verbond als de thuisploeg schade lijdt hierdoor), wordt opgelegd. Er wordt niet gespeeld zolang de boete niet betaald is. Bij drie forfaits zal de ploeg uitgesloten worden. Bij uitsluiting zal de waarborg ingehouden worden.
- Wanneer een ploeg maar met 2 spelers is, kunnen die hun partijen spelen. De andere partijen zullen als 1FF of 2FF ingevuld worden. Men brengt Jos onmiddellijk op de hoogte. Een administratieve boete van 20€ dient betaald te worden voor de volgende wedstrijd begint.
- Bij onbehoorlijk gedrag van een speler of ploeg, of conflict zal het bestuur na het verhoren van de verschillende partijen bemiddelen. Het bestuur heeft het recht een boete of schorsing uit te spreken ten nadele van de boosdoener(s).
- Een boete zal per factuur gestuurd worden maar de verantwoordelijke van de ploeg. Die moet betaald worden voor de volgende wedstrijd. Is dit niet het geval zal er FF geregistreerd worden, met opnieuw een boete tot gevolg. 2 keer niet tijdig betalen van een boete = uitsluiting. Bij uitsluiting zal de waarborg ingehouden worden.
Een conflicten commissie werd opgericht teneinde alle ongeregeldheden aan te pakken. Hier zullen ook nieuwe zaken, voorstellen en andere besproken worden eer ze officieel gemaakt worden.
Privacy:
Bij het inschrijven als speler bij VLG gaat die er automatisch mee akkoord dat:
- Zijn naam gepubliceerd wordt op de site en open Facebookgroep van VLG. Dit vooral bij uitslagen, standen en verslagen.
- De wedstrijd welke hij/zij speelt wordt gestreamd op de Facebookpagina of door een collega speler.
- En dat hij/zij op de hoogte is van de persoonsgegevens die De Vlaamse Liga Golfbiljart gebruikt, verzamelt en verwerkt van haar leden conform de geldende wetgeving, in het bijzonder de wet van 8 december 1992 en haar uitvoeringsbesluiten en Europese verordeningen, gekend onder de naam privacywetgeving. Deze wetgeving kan opgevraagd worden.
- Wanneer blijkt dat een reeds ingeschreven speler niet akkoord gaat met bovenstaande, kan hij zich per direct laten uitschrijven en verwijderen uit alle gepubliceerde documenten.
Verplaatsen wedstrijd:
- Een wedstrijd verplaatsen kan bij het uitbrengen van de kalender, tot 20/08/…, gratis doorgestuurd worden. (Bericht naar Jos per Messenger).
- Voor een wedstrijdwijziging na aanvang van het seizoen zal de aanvrager 10€ administratieve kost betalen. (Zal vanaf 01/01/23 strikt toegepast worden!).
- Na onderlinge overeenkomst stuurt de aanvrager een bericht naar Jos, ten laatste 48 uur voor aanvang. Deze zal dan alle aanpassingen doen zodat het elektronisch wedstrijdblad kan gebruikt worden. De nieuwe datum moet meteen gecommuniceerd worden. Deze mag niet meer dan 1 week na de oorspronkelijke datum gepland worden!
- De laatste twee speeldagen van de competitie kan een wedstrijd niet uitgesteld worden. Men mag er wel voor kiezen die vroeger te spelen.
- Ziekte van een van de spelers is geen motief om een wedstrijd uit te stellen. Ook Covi19 niet!
De Beker:
- Deze zal telkens in een reeks met alle ploegen samen gespeeld worden.
- Ieder seizoen zal het bestuur zich buigen over welke formule gebruikt zal worden en dit tijdig communiceren aan de verantwoordelijken.
- Bij inschrijving gaan we ervan uit dat iedereen mee doet aan de beker. Dit is niet verplicht! Men kan bij inschrijving aangeven niet deel te nemen aan de bekercompetitie.
- Inschrijven voor de beker is gratis.
- De wedstrijden zullen ook in het JVD-systeem gespeeld worden. Er zullen geen “sudden dead, heen en terug” meer gespeld worden.
- Bij gelijke stand op het einde zal er 1 frame gespeeld worden in duo, willekeurig te kiezen door beide kapiteins.
- Voor de Beker is er geen elektronisch wedstrijdblad. Thuisploeg vult een wedstrijdblad in, neemt een foto en stuurt dit door naar Messenger Jos.
De kampioenschappen:
- Minimum 3 spelers van elke ploeg moeten afgevaardigd worden. Dit is de kapitein zijn verantwoordelijkheid. Deelname is 10€/speler.
- Er zal in 2 reeksen gespeeld worden, “Hoog en Laag”. Zij die minder dan 50% haalden kunnen in de lage reeks spelen.
- Als er in de lage reeks minder dan 6 deelnemers zijn zal deze wegvallen en zal er maar in 1 reeks gespeeld worden.
- Het prijzengeld zal als volgt verdeeld worden: bij minimum 16 deelnemers onder de eerste acht; 1ste 40% – 2de 25% – 3de en 4de 12,5% – 5de tem 8ste 2,5%. Bij minder den 16 deelnemers onder de eerste 4, Deze geldprijzen zullen afgerond worden.
- De kampioenschappen zullen vast op Pinkstermaandag gespeeld worden.
- Er zal in eerste instantie in poules gespeeld worden, daarna rechtstreekse uitschakeling naar 2 winnende.
- Het bestuur zal in functie van het aantal deelnemers het speelsysteem bekent maken.
- Wanneer een speler niet opdaagt zonder tijdig te verwittigen (minimum 24h voor start) of zonder geldige reden, zal deze beboet worden door de conflicten commissie.
Ranking:
- Elk jaar maken de best geklasseerde spelers uit wie “the man of the year” wordt. De deelnemers zullen uitgenodigd worden. Bij afzegging komt de volgende in de stand aan de beurt enz…
- De 12 eersten uit de ranking zullen hiervoor uitgenodigd worden. Bij 2 reeksen 2×6 spelers enz…
- Deelname is gratis, iedere speler heeft prijs. De prijzen zullen vooraf aangekondigd worden, Bij afzegging of “geen reactie” zal de volgende in de ranking uitgenodigd worden tot maximum de 16de.
- Men speelt naar 2 winnende. Iedere speler zal geplaatst worden, dus bij verlies speelt men verder tot zijn plaats bekend is, in 1 manche af.
- De vier eersten uit de ranking zullen de eerste ronde vrij zijn. (In bracket geplaatst op plaatsen 1, 4, 5 en 8.
- De eerste in de ranking op het einde van het seizoen zal beloond worden met 50€. Bij 2 reeksen zal dit 2×25€ zijn.
Sponsoring:
- Vanzelfsprekend is iedere steun welkom. Jaarlijks komt er een kalenderaffiche uit en eentje van de kampioenschappen.
- Wil je uw logo daarop, en/of op deze site, aarzel dan niet en contacteer Jos Van Damme.
- Ook andere, nieuwe voorstellen zijn natuurlijk altijd bespreekbaar.
- Indien derden een sponsor binnenbrengen zullen zij een commissie krijgen in evenredigheid met de grootte van de som.
Belangrijkste uit het Speelreglement.
Er wordt volgens het JVD-systeem gespeeld. 3vs3, met 5 ballen tegen 5. Her schema staat hieronder. Het elektronisch wedstrijdblad vind u op onze site.
Wedstrijd 01: Speler 1 A-ploeg vs Speler 1 B-ploeg.
Wedstrijd 02: Speler 2 A-ploeg vs Speler 2 B-ploeg.
Wedstrijd 03: Speler 3 A-ploeg vs Speler 3 B-ploeg.
Wedstrijd 04: Duo 1+2 vs 1+2
Wedstrijd 05: Speler 1 A-ploeg vs Speler 2 B-ploeg.
Wedstrijd 06: Speler 2 A-ploeg vs Speler 3 B-ploeg.
Wedstrijd 07: Speler 3 A-ploeg vs Speler 1 B-ploeg.
Wedstrijd 08: Duo 2+3 vs 2+3
Wedstrijd 09: Speler 1 A-ploeg vs Speler 3 B-ploeg.
Wedstrijd 10: Speler 2 A-ploeg vs Speler 1 B-ploeg.
Wedstrijd 11: Speler 3 A-ploeg vs Speler 2 B-ploeg.
Wedstrijd 12: Duo 1+3 vs 1+3
Art. 1: KADERSPEL:
1.1. Indeling biljart: Voor het kaderspel is het biljart verdeeld in vijftien kaders.
1.2. Aanvang kaderspel: Het kaderspel vangt aan van zodra één der spelers over nog slechts 1 bal beschikt.
1.3. Verplichtingen: Zodra een der spelers maar 1 bal meer heeft, moet bij elke stoot minstens 1 bal zijn kader verlaten, maar mag terug in de dezelfde kader komen. Overtreding wordt bestraft met beurtverlies en de speelbal wordt op het strafpunt geplaatst . Alle andere ballen blijven liggen. Een speelbal in de grote aanvalsdriehoek moet niet van kader veranderen. Een bal die in het doel verdwijnt, is van kader veranderd.
1.4. Grote verdedigingsdriehoek: De grote verdedigingsdriehoek is voor de bal(len) van de verdediger geen kader.
1.5. Een bal op de lijn van een kader: Zo een bal op een kaderlijn ligt, volstaat het dat deze de lijn verlaat.
Art. 2: WEDSTRIJDLEIDING:
2.1. PLICHTEN:
2.1.1. Elk lid van de VLG wordt geacht het speelreglement te kennen en dit steeds correct toe te passen.
2.1.2. Als scheidsrechter plaatst men zich dicht aan het biljart en uit het gezichtsveld van de speler. Als deze zich klaarmaakt om te stoten, houdt men zich stil en verbiedt doorgang aan derden. Ook het gebruik van multimedia is verboden tijdens de wedstrijd. Voor een dringend geval kan hij de wedstrijd even stilleggen of zich laten vervangen. Er mag hierover een opmerking gemaakt worden door de ploegverantwoordelijke of de speler van de tegenpartij. Indien dit niet helpt zal hij vervangen worden.
2.1.3. Men zal zich noch tot de spelers, noch tot de omstanders richten tenzij in de gevallen, voorzien door het reglement.
2.1.4. Bij vaststelling van een fout legt de wedstrijdleider het spel stil, kondigt duidelijk en luidop aan welke beslissing hij gaat nemen, bestraft de fout en laat daarna verder spelen. Als er verder gespeeld werd, voordat de wedstrijdleider daartoe de toestemming gaf, heeft de overtreder beurtverlies en worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst, zelfs indien er werd gedoeld.
2.1.5. De lokaalhouder zorgt dat op een kalme en serene wijze kan gespeeld worden, ziet erop toe dat buitenstaanders op een rustige wijze hun enthousiasme voor het spel betuigen en treft de gepaste maatregelen om de rust te verzekeren. Het volume van de muziek moet aangepast zijn aan de normen die bij het spel horen. Bij overtreding wordt de thuisspeler een 1ste maal verwittigd, een 2de maal met beurtverlies bestraft en een 3de maal wordt de aan gang zijnde manche verloren verklaard voor de thuispartij.
2.1.6. Supporteren vóór de stoot is verboden (“opsteken”). Bij overtreding krijgt men een 1ste maal een verwittiging, een 2de maal beurtverlies en bij een derde maal wordt de manche verloren verklaard.
2.1.7. Supporteren na de stoot is toegelaten op een kalme en serene wijze. Bij overtreding wordt men een 1ste maal verwittigd, de tweede maal worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst. Bij een derde overtreding wordt de manche verloren verklaard.
2.2. FOUTEN:
Een wedstrijdleider of speler, die door opmerkingen of gebaren een eigen speler coacht, veroorzaakt beurtverlies voor deze.
2.3. GEZAG:
2.3.1 Beslissingen moeten door de spelers nageleefd en door de omstanders aanvaard worden.
2.3.2 Wanneer een bal in de nabijheid van een andere bal, een band, een dop of een lijn (kleine of grote driehoek – schietlijn – kaderlijn) ligt, is het de taak van de speler om te vragen waar de bal zich bevindt. Wanneer er verder gespeeld wordt zonder de mening van de scheidsrechter te kennen, zal men nadien niet meer kunnen vragen hoe het zit en de beslissing sowieso moeten aanvaarden.
2.3.3. Zo een speler niet akkoord gaat met een beslissing, moet men dit vóór de volgende stoot aan de wedstrijdleider melden. Als deze bij zijn beslissing blijft, worden de ploegafgevaardigden (bij kampioenschappen de hoofdwedstrijdleider) aan het biljart geroepen en indien nodig wordt er gemeten.
2.4 METEN:
Alvorens te meten, kondigt de wedstrijdleider altijd eerst zijn beslissing aan. Tijdens competitie- of bekerwedstrijden moet gemeten worden door een ploeggenoot van diegene die verzoekt om te meten (hetzij de wedstrijdleider, hetzij een ploeggenoot). Tijdens kampioenschappen wordt gemeten door de hoofdwedstrijdleider. Bij het “lijnmeten”: van zodra duidelijk is aan welke zijde de bal ligt, wordt die ook als dusdanig aangegeven. Op de lijn ligt de bal pas als die echt op de lijn ligt!
Art.3: ONBEHOORLIJK GEDRAG EN BEÏNVLOEDING:
3.1. ONBEHOORLIJK GEDRAG: Een opzettelijke fout begaan (een opzettelijke fout is een fout die men begaat, met het doel het resultaat van een stoot te veranderen). Roken (ook elektrisch) tijdens de manches, indien beide spelers gaan roken tijdens de manches geldt wedstrijdverlies voor beide spelers. Biljartkeu tijdens het spel volledig uit elkaar schroeven, zonder verwittiging aan de wedstrijdleider. Tijdens het spel een bal of ballen met de hand verplaatsen. De rand van het biljart met krijt of enig ander voorwerp aftekenen. Op het biljart slaan. Meten met duim of vinger aan de doeldoppen. Niet laten bestraffen van een fout. Gebruik van talkpoeder. Gebruik van oortjes. Blazen naar ballen. Tijdens een wedstrijd op een andere biljart stoten. Bij overtreding geldt: MANCHEVERLIES
3.2. BEÏNVLOEDING: Gebaren maken en roepen. Minder dan één meter van de tegenstrever of het biljart staan zo deze aan de beurt is. De biljartkeu niet aan de grond houden zo men niet aan beurt is. Biljart aanraken of in het gezichtsveld van de tegenstrever staan zo men niet aan beurt is. Krijt van het biljart nemen of terugplaatsen als de tegenstrever aanstalten maakt om te stoten. Na de beurt zich niet dadelijk verwijderen van het biljart ( controle van het al dan niet kunnen passeren van een bal is verboden). Bij overtreding geldt de 1ste maal verwittiging, bij een tweede overtreding in dezelfde partij, wordt de manche verloren verklaard.
3.2.1. Wanneer men vaststelt dat er overdreven veel tijd genomen wordt eer de volgende stoot uitgevoerd wordt zal de leider aankondigen over te gaan naar het gebruik van een klok. (app. “Ok timer” te downloaden). Een beurt duurt 45 seconden, vanaf het stilvallen der ballen van de voorafgaande stoot. De wedstrijdleider kondigt “TIJD” aan na 35 seconden, waarna moet gespeeld worden binnen 10 seconden. Bij overtreding geldt beurtverlies. Tijdens het kaderspel duidt de tegenstrever een bal aan om op het strafpunt te plaatsen. Tijdens het gebruik van een tijdsklok kan elke speler 2 keer per manche de tijd laten stoppen. Hij krijgt dan 2,5 minuut (150 seconden) extra.
Art. 4: AANVANG/EINDE VAN EEN PARTIJ:
4.1. Aanvangspositie van de ballen:
4.1.1. Bij aanvang van de manche poetst de wedstrijdleider de ballen. De spelers leggen zelf de ballen op de aanvangspunten, rode ballen aan de kant van het witte doel en de witte ballen aan de kant van het rode doel. De wedstrijdleider doet controle op de juiste plaatsing van de ballen, en verbetert indien nodig. Het is de spelers vanaf dat moment niet meer toegestaan om de ballen met de hand te verplaatsen (onbehoorlijk gedrag – mancheverlies). Indien de speler niet akkoord is met de correctie van de scheidsrechter kan hij de scheidsrechter vragen de bal(len) te herpositioneren. Wanneer, na aanvang van het spel, vastgesteld wordt dat de ballen langs de verkeerde kant liggen (wit bij wit doel, rood bij rood doel), worden de spelers er attent op gemaakt en gaat het spel verder.
4.1.2. Bij wedstrijden van club tegen club, speelt de thuisspelende ploeg de 1ste manche met de witte ballen. Bij kampioenschappen speelt de eerst afgeroepen met de witte ballen en bij een beslissende manche spelen beiden een bal recht voor zich uit van korte band naar korte band van het biljart. De speler wiens bal het dichtst bij de band (men mag de band raken) vanwaar deze vertrokken is, stil komt te liggen, mag de kleurkeuze bepalen.
4.2. Aanvang van een partij: Een partij vangt aan bij naamafroeping door de kapitein van de ploeg , op tornooien is dat de omroeptafel. Deze moeten dadelijk gehoor geven aan de oproep en terstond plaats nemen op de voorziene plaatsen.
4.3. Afbreken van een manche: Zo een manche door de speelwijze geen vooruitgang meer maakt, kondigt de wedstrijdleider “ELK NOG 3 BEURTEN” aan. Blijft dit na deze 6 beurten onveranderd, wordt de manche herstart. Deze beslissing mag niet worden genomen tijdens het kaderspel.
4.4. Einde van een manche: Een manche is beëindigd als een van beide spelers zijn laatste bal scoort, alle ballen van de tegenstrever stil liggen en de keu van de speler die aan de beurt is aan de grond staat. Art.
5: AANVANG:
5.1. Aanvangsstoot:
5.1.1. De wedstrijdleider telt langzaam tot 3. Bij “3” wordt de middelste bal zacht via de linkerband gespeeld. De bal moet de breedte-as van het biljart overschrijden.
5.1.2. De bal mag niet vertrekken vooraleer de wedstrijdleider “3” heeft gezegd. De bal van de ene speler moet vertrokken zijn vooraleer die van de andere de band raakt.
5.1.3. Bij overtreding van 5.1.1. of 5.1.2. wordt herbegonnen. Bij een tweede overtreding van dezelfde speler lijdt deze beurtverlies en wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst.
5.1.4. Een speler die bij de aanvangsstoot de bal van de tegenstrever tegenhoudt, heeft beurtverlies. De door de fout verplaatste ballen, worden teruggeplaatst en de speelbal van de tegenstrever wordt in doel gestoken.
5.1.5. Bij betwisting over de afstand van de ballen tot elk der doelen moet gemeten worden met een doelmeter.
5.1.6. De speler wiens bal het dichtst bij het doel terechtkomt, blijft aan de beurt.
5.1.7. Bij toucher tijdens de aanvangsstoot, wordt de speelbal van de overtreder op het strafpunt geplaatst. Alle ballen, met uitzondering van de bal van de tegenstrever, worden teruggeplaatst en men heeft beurtverlies. Wanneer de speelbal, in beweging, van de tegenstrever door toucher van plaats of van richting verandert, dan wordt deze in doel gestoken
5.2. Twee doelen bij de aanvangsstoot: Zo beide spelers bij de aanvangsstoot doelen, gaan ze verder met een bal naar keuze, doch steeds zacht via de linkerband. Zie 5.1.1.
5.3. Bal in de kleine driehoek:
5.3.1. Een bal op de lijn van de kleine driehoek wordt beschouwd als in de kleine driehoek dit geldt voor beide spelers
5.3.2. Een bal tegen de doeldop in de kleine aanvalsdriehoek mag hard gedoeld worden.
Art.6: FOUTEN:
6.1. Speelwijze: Men speelt met de keuspits. Bij elke andere speelwijze heeft men beurtverlies, worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst en wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst.
6.2. Fouten door derden: Een fout die door derden veroorzaakt wordt, mag niet aan de speler aangerekend worden. Door zulk een fout verplaatste ballen worden door de wedstrijdleider teruggeplaatst.
6.3. Voet aan de grond: Men speelt met minstens 1 voet aan de grond, zo niet, heeft men beurtverlies en worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst. Bij kaderspel wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst.
6.4. Vastliggende bal:
6.4.1. Een bal geklemd tussen de doppen van het aanvalsdoel en die het speelveld niet raakt, is geldig gedoeld.
6.4.2. Een bal geklemd tussen de dop en de korte band wordt los gelegd.
6.4.3. Een bal geklemd tussen de doeldoppen van het verdedigingsdoel, wordt op het strafpunt geplaatst.
6.5. Over doppen of ballen spelen: Bij rechtstreeks over doppen of ballen spelen, heeft men beurtverlies, worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst en de speelbal op het strafpunt geplaatst. Onrechtstreeks over doppen of ballen spelen is toegelaten.
6.6. Bal(len) uit het biljart:
6.6.1. Wanneer men één of meerdere eigen ballen uit het biljart speelt, wordt (worden) deze op het strafpunt geplaatst. Als men door dezelfde stoot geldig doelt, heeft men beurtverlies.
6.6.2. Wanneer men één of meerdere ballen van de tegenstrever uit het biljart speelt, wordt (worden) deze in doel gestoken. Als men door dezelfde stoot geldig doelt, heeft men beurtverlies. Speelbal op het strafpunt.
6.6.3. Bij 1/1 stand een bal van de tegenstrever uit het biljart spelen en daarbij geldig doelen, wordt bestraft met mancheverlies.
6.6.4. Een bal die via de houten rand terug op het speelveld terechtkomt, wordt niet bestraft.
6.6.5. Een bal die op de band, doeldop en doelkap blijft liggen, wordt beschouwd als uit het biljart gespeeld.
6.7. Foutief “Vliegeren”: Hiervoor dient de kaderlijn langs de lange band. Wordt de bal “IN DE KADER LANGS DE LANGE BAND” of “OP DE LIJN” aangekondigd, mag men niet over de dichtstbijzijnde band vliegeren. Bij overtreding heeft men beurtverlies, worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst en de speelbal op het strafpunt geplaatst.
6.8. Een bal in de kleine verdedigingsdriehoek: Zo een bal van de verdediger in de grote of kleine verdedigingsdriehoek ligt, mag de bal van de aanvaller zich, na diens stoot, enkel in de grote aanvalsdriehoek bevinden wanneer de bal van de verdediger, na de stoot, niet in de kleine driehoek ligt. Bij overtreding wordt de overtredende bal op het strafpunt geplaatst. Een bal op de lijn van de grote verdedigingsdriehoek wordt beschouwd als in de driehoek dit geldt voor beide spelers.
6.9 Meerdere fouten in één stoot: bij meerdere fouten in één stoot wordt alleen de eerste fout bestraft.
Art.7: DOELEN:
7.1. Bal op de rand van het doel: Zo de bal valt alvorens hij stil ligt, heeft men geldig gedoeld, ook als hij wordt aangespeeld via de rubber. In andere gevallen werd hij niet geldig gedoeld. De bal wordt uit het biljart gehaald en teruggeplaatst.
7.2. Geldig of ongeldig doel:
7.2.1. Een regelmatig bespeelde bal van de tegenstrever die in eigen doel of in doel van de tegenstrever verdwijnt, is geldig.
7.2.2. Een eigen bal in het verdedigingsdoel spelen, is niet geldig. Overtreders hebben beurtverlies, de bal wordt uit het biljart gehaald en op het strafpunt geplaatst.
7.2.3. Wanneer men een eigen bal geldig doelt, blijft men aan de beurt, als je enkel een bal van de tegenstrever doelt, heeft men beurtverlies.
7.3. Meer dan één doel in één stoot: Zo door een regelmatige stoot 1 of beide spelers geen speelballen meer heeft, wordt de manche gewonnen door diegene die aan de beurt is.
7.4. Rechtstreeks doelen met een bal in de driehoek :
7.4.1. Doelen met een harde, snelle stoot is toegelaten als de bal in of op de lijn van de kleine aanvalsdriehoek ligt of boven of op de stootlijn.
7.4.2. Rechtstreeks doelen met een harde, snelle stoot is niet toegelaten zo de bal onder de stootlijn ligt. Zo de speelbal geen bocht beschrijft (massé) of niet eerst voorwaarts en daarna teruggehaald wordt (piqué), is een harde, snelle stoot niet toegelaten. Bij overtreding heeft men beurtverlies, worden de verplaatste ballen teruggeplaatst en de speelbal op het strafpunt geplaatst
7.4.3. Een bal naar doel rollen is regelmatig gespeeld.
Art.8: MIKKEN/SPELEN-TOUCHER-DOORSTOOT- OP EIGEN BAL SPELEN:
8.1. Mikken of spelen met een bal van de tegenstrever:
8.1.1. Zich achter een bal van de tegenstrever opstellen met de keu in een stand om te spelen, wordt bestraft met beurtverlies. Bij kaderspel duidt de tegenstrever een bal aan om op het strafpunt te plaatsen. Dit is niet van toepassing wanneer de te bespelen bal vlakbij of in dezelfde speelrichting als de bal van de tegenstrever ligt.
8.1.2. Met een bal van de tegenstrever spelen wordt bestraft met beurtverlies. De verplaatste ballen worden teruggeplaatst, bij kaderspel duidt de tegenstrever een bal aan om op het strafpunt te plaatsen.
8.2. Spelen alvorens het spel stil ligt: Mikken of spelen vóór de ballen van de voorgaande stoot stil liggen, wordt bestraft met beurtverlies. De verplaatste ballen worden teruggeplaatst. Tijdens het kaderspel wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst. Wanneer men tweemaal na elkaar speelt, wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst, en alle verplaatste ballen terug op hun plaats.
8.3. TOUCHER:
8.3.1. Bij toucher heeft men beurtverlies, wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst – ook wanneer men gedoeld heeft – en worden alle andere verplaatste ballen teruggeplaatst. Wanneer men toucher doet zonder dat men stoot, heeft men beurtverlies en worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst.
8.3.2. Toucher op eigen bal tijdens het kaderspel, wordt bestraft met beurtverlies. De verplaatste ballen worden teruggeplaatst, zelfs zo werd gedoeld. De speelbal wordt op het strafpunt geplaatst.
8.3.3. Bij toucher op een bal van de tegenstrever tijdens het kaderspel, heeft men beurtverlies, alle ballen worden teruggeplaatst, zelfs als men geldig heeft gedoeld en de tegenstrever duidt een bal aan die op het strafpunt moet.
8.3.4. Toucher door kledij of een voorwerp voor de stoot op eigen of bal van de tegenstander: alles terug op zijn plaats en beurtverlies. Tijdens kaderspel komt de bal waar men aanstalten maakte om met te spelen op het strafpunt.
8.3.5. Toucher door kledij of een voorwerp na de stoot op eigen of bal van de tegenstander: speelbal op strafpunt, beurtverlies en alle verplaatste ballen op hun oorspronkelijke plaats.
8.4. Bal tegenhouden, bijstoten of van richting doen veranderen:
8.4.1. Een eigen bal tegenhouden, bijstoten of van richting doen veranderen, wordt bestraft met beurtverlies. De door de fout verplaatste ballen worden teruggeplaatst en de geraakte bal wordt op het strafpunt geplaatst.
8.4.2. Een bal van de tegenstrever tegenhouden, bijstoten of van richting doen veranderen, wordt bestraft met beurtverlies. Alle verplaatste ballen worden teruggeplaatst, de speelbal op het strafpunt geplaatst en de geraakte bal wordt in doel gestoken.
8.5. DOORSTOOT:
8.5.1. De keuspits in aanraking laten met de speelbal tot deze een andere bal, band of dop raakt, wordt bestraft met beurtverlies. De verplaatste ballen worden teruggeplaatst en de speelbal wordt op het strafpunt geplaatst.
8.5.2. De wedstrijdleider beslist zo twee ballen, bal – band of bal – dop elkaar raken of niet; de ene bal mag niet bewegen zo men de rakende bal speelt, tenzij men er van wegspeelt.
8.5.3. Men stoot niet door zo men een doelpoging onderneemt met een bal die raakt aan de “voordop” of de uiterste “zijdop” van het kruis en die over de aslijn van deze dop ligt langs de aanvalszijde.
8.6. Op eigen bal spelen: Een eigen bal rechtstreeks op een andere eigen bal spelen, wordt bestraft met beurtverlies. De verplaatste ballen worden teruggeplaatst en de speelbal wordt op het strafpunt geplaatst.
Art.9: BAL(LEN) IN DE GROTE VERDEDIGINGSDRIEHOEK:
9.1. Eén bal in de grote verdedigingsdriehoek: Een eigen bal in de grote of kleine verdedigingsdriehoek moet deze bij het einde van de beurt de grote driehoek rechtstreeks of onrechtstreeks verlaten hebben. Zo de bal de grote driehoek niet verlaten heeft, wordt hij op het strafpunt geplaatst, alle verplaatste ballen worden teruggeplaatst en er geldt beurtverlies. Een bal op de lijn van de grote verdedigingsdriehoek wordt beschouwd als in de driehoek.
9.2. Meerdere ballen in de grote verdedigingsdriehoek: Zo meerdere eigen ballen in de grote verdedigingsdriehoek liggen, moet bij het einde van de beurt minstens één bal de driehoek rechtstreeks of onrechtstreeks verlaten hebben. Als geen der ballen de driehoek verlaten heeft, worden ze allen op de strafpunten geplaatst, worden alle verplaatste ballen teruggeplaatst en geldt beurtverlies.
Art.10: STRAFPUNTEN: (tegenstrever heeft keuze uit 3 strafpunten) Een strafbal legt men op strafpunt 1-2-3-naar keuze van de tegenstrever: Met strafpunt 1 wordt bedoeld: de hoek, gevormd door de doeldop en de korte band, langs de zijde van het aanvalsdoel van de overtreder, aan de linkerkant. De bal moet de korte band raken en 3 millimeter los van de dop gelegd worden. Met strafpunt 2 wordt bedoeld: de hoek, gevormd door de doeldop en de korte band, langs de zijde van het aanvalsdoel van de overtreder, aan de rechterkant. De bal moet de korte band raken en 3 millimeter los van de dop gelegd worden. Met strafpunt 3 wordt bedoeld: In de boskader op de lengteaslijn, rakend aan de 2de dop langs het aanvalsdoel van de overtreder. Strafpunt 3 mag langs alle vier de zijden van het bos verlaten worden. Indien door ligging van andere ballen de strafbal niet op deze strafpunten kan gelegd worden, legt men de bal op het volgende in aanmerking komende strafpunt namelijk strafpunt 4 of strafpunt 5. Met strafpunt 4 wordt bedoeld: achter en rakend aan de twee doppen van de breedteaslijn langs het verdedigingsdoel van de overtreder, aan de linkerkant. Met strafpunt 5 wordt bedoeld: achter en rakend aan de twee doppen van de breedteaslijn langs het verdedigingsdoel van de overtreder, aan de rechterkant. OPGELET: strafpunt 3 mag slechts gekozen worden door de tegenstander als strafpunt 1 en 2 niet vrij zijn.
Art.11: Duo wedstrijden:
11.1. Aanvangstoot: Bij de competitie: wordt er maar 1 manche gespeeld. Elke ploeg mag kiezen wie de beginstoot doet. Bij tornooien: vóór de 1ste manche bepaalt elk duo wie de aanvangsstoot zal uitvoeren. Bij de tweede manche is het de andere speler die zal aanvangen, bij niet navolging is er beurtverlies en de speelbal op het strafpunt. Bij een beslissende manche bepaalt elk duo wie de aanvangsstoot zal uitvoeren. Het duo wiens bal het dichtst bij het doel terechtkomt, blijft aan de beurt en de tweede speler gaat verder, tenzij met de aanvangsstoot geldig werd gedoeld.
11.2. Volgorde van spelen: Men speelt om beurten. Zo men de volgorde niet naleeft, heeft men beurtverlies en worden de verplaatste ballen teruggeplaatst, zelfs zo werd gedoeld. Tijdens het kaderspel wordt de speelbal op het strafpunt geplaatst.
11.3. Overleg plegen: Er mag onderling overleg gepleegd worden over de speelwijze maar er mag niet gewezen of aangeduid worden. De speelwijze van de ene speler mag niet beïnvloed worden door de andere, mondeling, noch door gebaren. Dit houdt in dat de medespeler op minstens 1 meter van het biljart en van zijn medespeler verwijderd blijft gedurende de beurt en geen overleg meer pleegt tijdens de stoot.
11.4. Duur van een beurt: Een beurt duurt 50 seconden, vanaf het stilvallen der ballen van de voorafgaande stoot. Bij gebruik tijdsklok kondigt de wedstrijdleider “TIJD” aan na 40 seconden, waarna moet gespeeld worden binnen 10 seconden. Bij overtreding geldt beurtverlies. Tijdens het kaderspel duidt de tegenstrever een bal aan om op het strafpunt te plaatsen.
Art.12: Inspelen:
12.1 Tijdens competitie- of bekerwedstrijden: Het biljart wordt 15 minuten voor aanvang van de wedstrijd voor de bezoekers vrijgehouden.
12.2 Tijdens kampioenschappen en officiële tornooien: Beide spelers mogen voor aanvang van de partij de opgangstoot 1x oefenen. De spelers wachten tot de scheidsrechter aan de tafel is om de opgangstoot te oefenen. Meer oefenen dan voorzien = onbehoorlijk gedrag – mancheverlies.